Four Tet is een geluidstovenaar. Alles wat hij het afgelopen decennium op muzikaal gebied heeft aangeraakt, veranderde in een pareltje. Sinds enkele jaren richt Four Tet zich steeds meer op de dansvloer. Wennen misschien voor fans van het eerste uur. Maar welke richting hij ook kiest, de muziek kan telkens maar in één woord worden beschreven: onweerstaanbaar.
Bio
Four Tet (geboren als Kieran Hebden) is een artiest die met zijn ideeën en sound de elektronische muziek smoel en richting geeft. Of hij nou hip hop-tracks van Doom en Madlib remixt, aan de slag gaat met jazz-drummer Steve Reid of samenwerkt met dubtechno-producer Pole: hoe divers ook, de magie van Four Tet is altijd terug te horen. Maar dit wil niet zeggen dat Four Tet al meer dan tien jaar hetzelfde kunstje flikt. Eerdere albums als Pause en Rounds kenden meer plak- en knipwerk, klonken soms als elektronische jamsessies en waren sowieso meer bedoeld als luisterervaring. Voorgaand album There Is Love In You kende al meer dansvloerfähige nummers, zoals het geweldige Love Cry of Plastic People. En wat te denken van Moth, een track die Hebden samen met Burial in elkaar knutselde: opnieuw onweerstaanbaar.
Verdieping
De dansbare lijn zet Hebden dus door op Pink. Eigenlijk is dit album een samenvoegsel van zes alleen op vinyl uitgebrachte singles, aangevuld met twee splinternieuwe tracks (Lion en Peace For Earth). De sound op Pink is lekker diep en warm. Geluiden zijn zorgvuldig gekozen en afgesteld, melodieën zijn simpel maar doeltreffend en ritmisch is Hebden heer en meester. Uitgaand van een straight-forward (Lion, Pyramid) of meer complexe beat (Jupiters, 128 Harps), de nummers zijn altijd bestrooid met rare tegendraadse bliepjes, pannen en potten, tikjes, doffe basdreunen of xylofoontoontjes. Het samenraapsel van deze elementen en de manier waarop de lagen van geluid over elkaar heen worden gelegd, maakt dat op Pink de muziek even verfrissend als tijdloos klinkt. En misschien is dat wel een van Four Tets sterkste punten.
Alhoewel dus wat meer uptempo en dansvloer gericht is het nieuwe album boven alles ook erg relaxt. Iets opbouwen kost tijd en op Pink (vijf van de acht nummers raken voorbij de acht minuten) krijgt elk nummer de ruimte om te groeien. Sommigen zullen dit misschien saai of gezapig noemen, maar de schoonheid van een langzame opbouw op Four Tet-wijze is niets anders dan genieten. Neem Lion, dat aftrapt met een licht scheef klinkend ritme, dat door middel van een inkomende percussielaag rechtgetrokken wordt waardoor een goede fundering gelegd is. Na twee minuten komt dan langzaam een simpel, maar nauwelijks te bevatten synthesizerlijntje aanwaaien, dat als een warme gloed langzaam het trommelvlies vult. Het geluid voelt als een portie gelukzaligheid. De synthesizerlijn krijgt ruim de tijd om zijn plaats in het nummer te veroveren, waarna alle elementen van het nummer naar voren zijn geschoven en Hebden langzaam maar zeker overgaat naar het subtiel variëren van de verschillende laagjes. Het is een ambacht en Four Tet beheerst die als geen ander.
Eigenlijk is het heel simpel. Op dit album staat geen slecht nummer. Of het nu het licht melancholische Locked is, de clubkraker Pyramid, de ambient-reis door Peace of Earth of het vrolijke Pinnacles: allemaal steengoed. Vergeet ook dat Pink een verzameling is van 12”-singles aangevuld met twee nieuwe nummers. Het album is zo consistent als de pest. Laat de opbouw van de nummers en de subtiele wisselingen binnen een nummer lekker tot je komen. Dan wordt Pink een album waar je als elektronica-liefhebber nog jaren plezier aan gaat beleven!